Onze webcam

Cul-de-sac Cam

woensdag, april 08, 2009

Carolina Safari en terugreis

Woensdag

We staan op tijd op, want we hebben om half elf een jeep safari gereserveerd. Het is schitterend weer, maar berekoud! Er staat een felle wind en het strand is vrijwel leeg. Toch zet Rick door en gaat zijn twintig minuten looproutine doen. Mijn kuitspieren doen pijn van het op zand lopen en op Kai's schema staat een rustdag gepland, dus die neem ik ook maar.

Net als we van plan zijn naar beneden te gaan om te ontbijten, gaat mijn mobieltje. Het is de heel vriendelijke dame van Carolina Safari. Vanwege de kou willen ze pas om half een vertrekken. Dat vinden we prima, want we zagen er al niet naar uit in een open jeep te blauwbekken!

In de luwte van het balkon en de zon valt de temperatuur wel mee en Rick en ik gaan buiten lezen. De kinderen spelen samen Halo. Het is, zo te zien deze week, heel goed voor hun onderlinge relatie om zo een paar dagen alleen elkaar als kameraad te hebben.

We gaan een vroege lunch eten bij Sonic. Vooral de kinderen vinden dit een leuk fast food restaurant. Het is een drive in en doet een beetje jaren vijftig aan. Je parkeert je auto en bestelt. Het eten wordt vervolgens door een serveerder op rolschaatsen naar de auto gebracht.

Keurig om half een worden we gebeld, dat de jeep er is. Virgil Graham is onze gids. Hij is ook natuurfotograaf voor een aantal tijdschriften, dus ik hoop wat tips te krijgen van hem (geeft hij ook zo af en toe). Het is een joviale man met een enorm gevoel voor humor. Dat maakt de rondleiding voor de kinderen, die mee zijn, des te leuker. Behalve wij zijn er nog twee groepen mee, een gezin heeft drie kleine kinderen (de jongste is vijf) en er is een opa met zijn twee kleinzoons van ongeveer Saskia's leeftijd.

De jeep heeft wel plastic zijramen, maar verder is hij open. Ik ben dus blij met mijn windjack en Saskia heeft het in haar hoodie maar koud. Gelukkig warmt het gaandeweg wel iets op, maar zuidelijke temperaturen zijn dit niet te noemen!

Als eerste rijden we naar Murrell's Inlet, waar we gisteravond hebben gegeten. Kapitein John Murrell, een maat van de piraat Blackbeard, heeft deze inlet zijn naam gegeven. Hij lag hier op de loer voor niets vermoedende schepen, want de Golfstroom komt hier vlak langs.

Virgil vertelt smakelijk over de verschillende barriere-eilanden. Een ervan, Drunken Jack, is genoemd naar een andere piraat, die hier een schat ging begraven. Hij was zo dronken, dat hij in zijn eigen gegraven gat viel en overleed, volgende de overlevering.

De volgende stop is Huntington Beach State Park, genoemd naar dezelfde spoorwegmagnaat, als Huntington Beach, Californie, bijvoorbeeld. Diezelfde Huntington heeft hier voor zijn geliefde een replica van het Moorse kasteel op Gibraltar gebouwd. Dit Atalaya kasteel heeft dertig kamers en het stel woonde er in de zomers. Helaas kunnen we het niet bezoeken, want er is asbest en loodverf binnen en de gids vindt dat te gevaarlijk.

Terwijl we staan te luisteren zien Kai en ik een schattig klein Garter slangetje naar boven kruipen, een palmboom in. Daar zijn de kleintjes natuurlijk meer in geinteresseerd, dan Virgils verhaal. De moeder kan nog net voorkomen, dat de kleinste het slangetje van de boom trekt. Het pleit voor Virgil, dat hij direct omschakelt en iets over het slangetje vertelt.


Is het niet schattig?


Vroeger heette dit strand Magnolia Beach. In 1893 werd het door een zware orkaan getroffen en het dorp, dat er stond, werd weggevaagd. Slechts een paar mensen overleefden de storm. Virgil vertelt over de tragedie, alsof hij de slachtoffers persoonlijk kende. Hij is werkelijk een bijzonder goede gids, ik maak mentale aantekeningen.

Langs de weg in dit park ligt aan de ene kant een zoetwatermeer en aan de andere kant een zoutwatervlakte. In het zoete water wonen Amerikaanse alligators. Ik leer weer wat nieuws, want dit is een andere soort, dan die in de Everglades in het zoute water wonen. We zien een paar mooie exemplaren langs de kant liggen.


Een ervan ligt vlakbij en Virgil vertelt van alles over deze diersoort. We leren onder anderen, dat ze een voet per jaar groeien en dat je zo dus kunt weten, hoe oud ze zijn. Verder eten ze dieren heel op, maar geven na verloop van tijd een soort haarbal over, maar dan met de botten, want die worden niet verteerd.

Terwijl hij vertelt, zie ik in de verte een bald eagle vissen. Wat zijn het toch een prachtdieren! Deze komt vlak boven ons overvliegen. Volgens de gids op weg naar zijn of haar nest, dat in de bomen aan de overkant ligt.


Met de vis in zijn poten!

Op weg naar de volgende stop vertelt Virgil over de "Gullah" taal, die in dit gebied werd en op sommige plaatsen nog wordt gesproken. De Afrikaanse slaven en hun nazaten spreken de taal vooral, maar ook de blanke kinderen leerden het van hun slavennannies. Het is wat de slaven, die niet officieel Engels leerden, van de taal van hun meesters maakten. Volgens Virgil heeft deze taal ervoor gezorgd, dat men in South Carolina, een van origine Britse colonie, een zuidelijk accent heeft.

De hele rondleiding lang spreekt hij regelmatig in Gullah tot hilariteit van de kinderen. Een keer wijst hij op een straatbord met een Gullah woord. Dit is alleen een gesproken taal en geen officieel geschreven taal, dus woorden worden gespeld, zoals ze klinken. Dit woord is "Wassamassaw" (what did the master see).

We rijden langs allemaal rijst plantages, waar tot 1913 rijst werd verbouwd. Daarna is de productie van South Carolina naar meer westelijke staten verhuisd, waar het makkelijker is de irrigatie onder controle te houden en de rijst te oogsten. De rijst, die daar verbouwd wordt, heet nog wel Carolina Long Grain rijst.

Bij de All Saints kerk stappen we uit en lopen het oude kerkhof op. Deze oude kerk werd in de negentiende eeuw zowel als kerk, als als gerechtshof gebruikt. Deze kerkgemeente bestaat al vanaf het begin van de achttiende eeuw. In het eeuwenoude kerkhof liggen allerlei belangrijke figuren in de geschiedenis van de "low country".




Ook hier groeit de blauwe regen in de bomen

Hoe oud deze begraafplaats is kun je ook aan de begroeiing zien. Er staat een honderden jaren oude eik, waar mos vanaf hangt. De bloeiende azaleas zijn volgens onze gids meer dan 250 jaar oud. Het is werkelijk een prachtige tuin. Op de grond vindt Kai een schattig klein doosschildpadje. Zo klein hebben we ze nog nooit gezien. Gauw zet Kai hem van het pad af, voor er iemand op trapt.


Veel van de belangrijke plantagefamilies, waar Virgil het eerder over had, liggen hier. Zo ook de Weston familie, waarvan een groot deel in de orkaan van 1893 overleed. Van de meeste slachtoffers zijn de lichamen nooit gevonden, maar wel van de Westons. Een slaaf, zo gaat het verhaal, had een visioen, dat ze vast waren komen te zitten in een hek. Inderdaad werden ze precies daar gevonden en konden dus hier begraven worden.

Een ander mooi verhaal is dat van Alice. Bij haar graf moeten we binnen de cirkel gaan staan. Er liggen bloemblaadjes en kaarsen, alsof er recentelijk een seance is gehouden.

De broer van Alice Flagg was een dokter en succesvolle plantagehouder. Alice werd verliefd op een jongen beneden haar stand en droeg diens ring stiekem om haar nek. Toen Alice ziek werd met TB vond haar broer de ring om haar nek en gooide hem weg. Alice overleed en volgens het verhaal doolt zij nog steeds rond op zoek naar haar ring. De reden voor de cirkel rond haar graf is, dat je haar geest kunt oproepen, die er dertien keer achteruit omheen te lopen. Kennelijk is ze al vaak opgeroepen, getuige de kale cirkel.


Net als bij ons in Virginia heeft South Carolina ook een rijke Burgeroorlog geschiedenis. Virgil laat ons het graf van twee broers zien. De ene vocht voor het Zuiden, dat ander voor het Noorden. Beiden sneuvelden en liggen nu naast elkaar begraven. Virgil refereert aan het lied "Two brothers". Maar dit zijn zeker niet de enige broers, die tegen elkaar vochten in die oorlog.

Virgil vertelt heel veel over de geschiedenis, wat de kinderen gewoonlijk zou vervelen. Maar deze man is gezegend met een smeuige vertelkunst, die de kinderen ook telkens erbij betrekt. Kai en Saskia luisteren geboeid en zelfs de kleintjes blijven rustig.

Om ons een echte rijstplantage te laten zien rijdt Virgil naar de Caledonia plantage. Behalve rijst werd hier ook indigo verbouwd en er werd terpentijn gewonnen uit de pijnbomen. Duidelijk aan de oude huizen te zien was dit een zeer rijk gebied.

De rijstvelden van de Caledonia plantage worden niet meer geoogst. Het is een vogelparadijs geworden, want South Carolina ligt precies halverwege de Noord-Zuid trekvogel route.

Zoals bij veel zuidelijke plantages heeft ook deze een prachtige oprijlaan met aan beide kanten oude eiken met het typische mos eraan. Helaas hebben we hier maar even tijd om te fotograferen, want ik had er wel een uur door kunnen brengen met plaatjes schieten.


De eikenlaan naar het plantagehuis



De rijstvelden

Als laatste doen we Pawleys Island aan, het zomerparadijs van de rijke plantagefamilies. Veel van de huizen dateren nog uit de laat achttiende eeuw en zijn gemaakt van cyprushout. Die mensen hadden een heerlijk leven, wat een luxe huizen en dat voor zo lang geleden!

Behalve de vakantiehuizen van veel van de mensen, waar Virgil ons over verteld heeft, zien we ook een Gullah kerkje. De slavenkwartieren staan in een aantal gevallen nog naast de huizen. Het is hier werkelijk prachtig, alweer jammer, dat we geen tijd mee hebben om uit te stappen.


Heel lange dokken lopen van de vakantiehuizen naar het water

De koek is weer op en Virgil zet ons een voor een bij onze hotels af. Ik ben dolblij, dat we deze safari hebben gedaan. Ik ben toch altijd benieuwd naar de geschiedenis van het gebied, dat we bezoeken, en daaraan is in dit gebied duidelijk geen gebrek! Maar ook de natuur is prachtig en we hebben allemaal van Virgils verhalen genoten. Hij krijgt dan ook een flinke fooi van Rick.

Op de hotelkamer rusten we even uit. Ik sms Katja B., die in Noord-Myrtle Beach op vakantie is. Het plan was om met elkaar te gaan midgetgolfen, maar zij zijn nog niet klaar met het Alligator Adventure park. We spreken af, dat Katja vanavond na het eten even naar ons hotel zal komen, als het niet te laat wordt.

Zoals in vrijwel elke strandplaats hier in de VS zijn er ook hier in Myrtle Beach talloze midgetgolfbanen. Allemaal hebben ze een ander thema, hoewel vrijwel overal watervallen stromen. We laten Saskia kiezen, welke ze vanmiddag wil doen, en dat wordt Captain Hook's. Ze vindt het doodshoofd, waar stoom uit komt, zo spannend.

We kunnen kiezen uit twee verschillende 18 holes routes, de "Lost Boys" of "Captain Hook". Wij kiezen de moeilijkere Lost Boys. Het kan gerust gezegd worden, dat we geen van vieren ooit Tiger Woods zullen worden. Na veel lachen en blunderen wint Rick uiteindelijk. Jammer, dat we in ons gebied maar weinig van dit soort banen hebben. Het blijft een leuk spel om als gezin te doen.


Helaas is het te laat om ook de Captain Hook's route te doen, dat had gratis gemogen. Maar het is etenstijd en de magen knorren. We besluiten een van de andere restaurants op Murrell's Inlet te gaan proberen. Het eerste restaurant heeft een wachttijd van meer dan een uur, maar bij Captain Dave's Dockside restaurant krijgen we zelfs een tafeltje aan het raam met uitzicht op het water.

We zijn verbaasd, dat het hier niet drukker is, want een driegangenmenu kost $20! Het eten is ook nog eens erg goed bereid. Als ik in het zuiden ben, wil ik altijd tenminste een keer grits eten. Deze vakantie heb ik het nog niet gehad, dus ik ben blij verrast, als het hier bij mijn eten blijkt te komen. Het is een soort griesmeel, dat zowel zoet als hartig wordt gegeten, vooral bij het ontbijt (ik vind het alleen hartig lekker).


Uitzicht vanuit het restaurant

Eenmaal op de hotelkamer wacht ik op een telefoontje van Katja, terwijl de anderen de hot tub ingaan. Helaas wordt het te laat voor Katja om nog te komen. Het is ook moeilijk coordineren, als je op vakantie bent. Hopelijk kan ze binnenkort weer onze kant opkomen. We hebben in ieder geval een gezellig telefoongesprek.

Terwijl we ons klaar maken om naar bed te gaan, wijst Rick naar de vloer en zegt: "Kijk, een vriendje!" Ik kijk en zie een enorme kakkerlak van zeker vijf centimeter wegschieten! Saskia wil nu niet meer slapen tot die weg is, dus we gaan op kakkerlakjacht.

Gelukkig komt het beest weer te voorschijn en het lukt Rick hem in een plastic zakje te vangen. Hij brengt hem naar beneden, zodat ze bij het hotel weten, dat er op de zevende verdieping kakkerlakken zijn. Met een gerust hart gaat Saskia slapen. Ik heb het hart niet haar te vertellen, dat die ene kakkerlak, die wij zien, waarschijnlijk deel is van een grote familie.

Als we net het licht uit hebben gedaan, gaat de telefoon. Het is de receptionist van het hotel. Hij heeft met de manager gesproken en vanwege onze "bezoeker" hoeven we niet voor vannacht te betalen. Wauw, dat is nog eens service!

Donderdag

Kai heeft eigenlijk een loopje van vijf mijl op zijn programma staan voor vandaag, maar we besluiten dat te halveren om tijd te besparen. Natuurlijk is het vandaag op onze vertrekdag prachtig weer en een stuk warmer op het strand. Ik zal het lopen op het zand missen. Het is een uitdaging, zeker met de wind tegen, maar ook zo heerlijk om te doen!

Rick en Saskia hebben zich inmiddels aangekleed en we laten het hotel ontbijt voor wat het is. We hebben namelijk een paar Krispy Kremes ontdekt vlakbij en die hebben tot tien uur hun neon bord aan. Dat betekent, dat er warme donuts te krijgen zijn. Nu ben ik geen enorme donut fan, want ze zijn me meestal te zoet, maar voor een warme Krispy Kreme mag je me wakker maken!

Hapje voor smeltend hapje peuzel ik de mijne langzaam op. Alleen de traditionele "glazed" donuts zijn echt warm en dat is naar mijn mening de enige lekkere. Meer dan een hoef ik niet, maar de anderen proberen ook wat andere smaken. Het is maar goed, dat wij geen Krispy Kreme in onze buurt hebben, want de verleiding zou te groot zijn!

Bij het uitchecken laat de receptioniste me zien, hoe onze laatste nacht niet in rekening is gebracht. Ook zij heeft het over "onze bezoeker", kennelijk hebben ze liever niet, dat het woord "cockroach" op welke manier dan ook door andere gasten kan worden opgevangen. Het siert dit hotel wel, dat ze onze "vondst" zo serieus namen. Als we ooit terug naar Myrtle Beach gaan, zou ik zo weer in deze Hampton Inn logeren. De benedenverdieping is licht en overal kun je zitten met zicht op zee. Ook de zwembaden zijn mooi en brandschoon.

Netjes om kwart over elf rijden we weg. Het eerste stuk is over een South Carolina binnenweg, waar allerlei groente- en fruitstandjes langs staan. Die adverteren gekookte pinda's en die heb ik nog nooit gegeten. We stoppen bij eentje en ik koop er een zak van.

Iedereen probeert er eentje, maar ik ben de enige, die ze lekker vindt. Ze hebben dan ook een heel andere consistentie, dan geroosterde pinda's (die wel mijn voorkeur hebben). Gekookt lijken ze meer op kidneybonen.


We zijn echt in het zuiden, bij ons heten deze "sweet potatoes" ;)

Bij het verschrikkelijk kitsche South of the Border stoppen we. Rick wil hier (in Virginia illegale) vuurpijlen kopen. Ik vind dat altijd een beetje eng, maar hij belooft zich rustig te houden. Ik krijg altijd visioenen van Rick, die door de Vienna politie in de boeien wordt weggevoerd, betrapt op het afschieten van luchtvuurwerk.




Het is inmiddels alweer lunchtijd en we willen van deze reisdag ook nog iets gezelligs maken. We gaan dus op zoek naar een leuk wegrestaurant. Dat vinden we in Lumberton, North Carolina, een Texas Roadhouse. We eten er lekker en snel.

Van de uren in de auto zitten mijn spieren alweer helemaal vast. Zitten op en tegen een tennisbal helpt dan vaak wat. Aan de overkant van het restaurant bespeuren we een sportzaak. Vreemd genoeg verkopen ze geen tennisballen, dus ik kies maar een softbal. Ik kan daar zo van balen, heb ik na een vakantie een stuk minder pijn, doet zo'n autorit dat allemaal weer te niet.

Het is helemaal niet druk op de weg en we schieten goed op. Over de grens met Virginia rijdt Kai een half uur (op een learner's permit mag je alleen in je eigen staat rijden is ons verteld). Hij doet het goed. Interstate leren rijden is zeker belangrijk, als hij net als Katja een ver weg college kiest straks.

Inmiddels zijn we weer veilig thuis, toch altijd weer fijn. Op een afstand van 725 kilometer kan er veel mis gaan. Het waren een paar heerlijke dagen in Myrtle Beach. Ik ben blij, dat we die bestemming nu ook meegemaakt hebben.

12 reacties:

Bianca (Hollandranch) zei

Altijd fijn om weer veilig thuis aangekomen te zijn.

Wat een prachtige foto van die grafsteen met die rozenblaadjes, heel bizar met die contrasten maar ontzettend mooi ! Heeft toch altijd iets bijzonders die oude kerkhoven.

Ga ik ook eens proberen als ik nog eens lang moet zitten die tennisbal.

Anja zei

Fijn dat jullie weer veilig thuis zijn na een paar heerlijke dagen. Ik heb ook altijd 2 tennisballen in de auto liggen, het verlicht de pijn een beetje tijdens een lange zit.

Petr@ zei

Wat een heerlijke twee dagen heb je nog gehad. De jeepsafari klonk erg interessant. Of zo'n tour wel of niet leuk is, valt of staat met de gids. Gelukkig zat dat nu wel goed!

Wendy zei

Prachtig die tour. Leuke vakantie is het geweest Petra.
Leuk om weer te volgen!!!
Fijn dat jullie weer veilig thuis zijn.

hennyb. zei

Welkom thuis inmiddels, dit waren toch weer een paar geweldige dagen zeg, jullie hebben veel gedaan. South Carolina is bijzonder gezien de Bugeroorloggeschiedenis. Enkele jaren geleden hebben wij wat locaties bezocht van de TV-serie North and South, o.a. de Boone Hall Plantage in Mount Pleasant en The Calhoun Mansion in Charleston. Deze locaties hebben veel indruk gemaakt vooral de plekken met de slavenhuisjes enzo.
Prettig Paasweekend.....

Annemiek zei

Mooie safari, met heel wat geschiedenis. Prachtig gezicht die oude bomen op de plantages. Je moet alleen niet denken wat voor ellende er achter zat.

Pauline P zei

Wat een mooie verhalen weer! Heerlijk om te lezen...

Petra S. zei

Welkom thuis! Hopelijk zijn je pijnen minder geworden na een nacht in je eigen bed. Jullie hebben een paar heerlijke dagen achter de rug, veel gezien, veel gedaan.
Prettige Pasen.

Ella Rook, Iowa zei

Wat een leuke safari-tour.Ik ben ook gek op geschiedenis en dit is een leuke manier zeg!
Mooi foto's ook. Die bomen met mos zien er altijd zo spooky uit.
Ik wist niet dat ze alligators hadden in South Carolina.
Die gekookte pinda's verkochten ze altijd op Curacao in zakjes op kruispunten. Zien er inderdaad een beetje anders uit maar zijn wel heel erg lekker.
Wel thuis! Cosmo zal wel blij zijn jullie weer te zien!

Ineke zei

Mooi, die (lange) safaritour, wat hebben jullie veel gezien.
Jammer dat het weer niet zo mee zat.

gr, Ineke

Cisca zei

Dat mini-schildpadje. Ongelooflijk, zeg!

An zei

Wat een heerlijke vakantie hebben jullie gehad. Door een prachtig verslag te schrijven, heb je ons weer mee laten genieten.

Voor jullie allemaal:

Fijne Paasdagen en lieve groeten!

Paul en An

P.s.
"Jouw" orchidee staat nog steeds in volle bloei met weer nieuwe loten, prachtig.