Onze webcam

Cul-de-sac Cam

dinsdag, augustus 22, 2006

Wisconsin Dells

Om zeven uur gaat de wekker weer, gelukkig ben ik nog niet helemaal aan het uur tijdsverschil gewend en ik doe mezelf geloven, dat het acht uur is. Binnen het halve uur (en dit is inclusief douchen!) zitten Rick en ik in de auto, uitgecheckt en wel. Een persoonlijk record, dat is zeker!

Bij de Starbucks even verder op moet natuurlijk onze ochtend caffeine-stoot worden gehaald en we hopen, dat ze ook warme sandwiches hebben, zoals in ons gebied. Dan hoeven we niet direct weer te stoppen, want we hebben haast. Helaas hebben ze de sandwiches niet, dus delen Rick en ik een (wel heel erg smakelijk) stuk bananen- en walnootbrood.

Ons eerste doel vandaag zijn de Wisconsin Dells, wij vonden dat er op de heenweg zo leuk uitzien, dat we het wat beter willen gaan bekijken. De MIO GPS zegt, dat we er vijf uur over zullen doen.

Al meteen als we Duluth uitrijden zitten we weer in Wisconsin. Helaas voor Rick is er geen enkel “Welcome to Wisconsin” bord te zien. Het is een mooie weg, langs allemaal meren en opeens ziet Rick een billboard, waarop een Noorse winkel wordt geadverteerd. Die zou zestien mijl verderop zijn, maar niet op onze route.

Rick is dol op alles wat Scandinavisch is, mede dankzij zijn jeugdjaren in Copenhagen. We rijden de zestien mijl dus om en arriveren net een paar minuten voor het opent bij het winkeltje. “Odden’s Norsk Husflid” in Barronett, Wisconsin, ziet er van buiten wel erg klein uit en ik moet toegeven, dat mijn eerste reactie “zonde van de tijd” was.

Maar ja, soms ben ik wel erg de reisleidster en moet Rick mij maar volgen, dus ik besluit hem hierin zijn zin te geven. Meestal volgt hij mijn suggesties zonder slag of stoot, dus ik mag niet klagen.

Een vriendelijke oude man rijdt een paar minuten later het parkeerplaatsje op en vertelt ons, dat de eigenaresse vast zo komt. Hij laat ons alvast binnen, want hij gaat wat schilderwerk doen. Hij is zo met ons in gesprek, dat hij vergeet het alarm uit te schakelen. Een minuut of wat later gaat dat dan ook met alle bellen en toeters af!

Als mij dit in een winkel van een ander zou overkomen, zou ik in paniek raken, wat als de politie komt? Maar hij gaat heel rustig in het heel kleine telefoonboekje bladeren en belt “Sheriff” om hem te zeggen, dat alles heus goed is. Natuurlijk zijn we hier in een gehuchtje met een paar honderd (of minder) inwoners, dat vergat ik even.

Intussen kijken Rick en ik rond in het toch wel heel vol met Noorse en andere Scandinavische spullen gestouwde winkeltje. Ik stel me voor, dat dit zoiets is voor Noren als de kleine Nederlandse winkeltjes hier in de VS zijn voor ons. Vertrouwde spullen, die we hier niet kunnen krijgen.

Al zijn we op zoek naar een cadeautje voor Ricks vader, wij zien er niets van onze gading. We bedanken vriendelijk voor het binnenlaten en voelen ons eigenlijk een beetje schuldig, dat we niet wachtten op de eigenaresse om iets te kopen. Maar ja, kopen omdat het moet staat me ook tegen.

De GPS leidt ons via allerlei boerenweggetjes (en dan moet je je dus een boerderij per enkele mijlen voorstellen) terug naar de snelweg. Ik kijk mijn ogen uit, vooral de “Nederlandse” zwart-witte koeien vind ik leuk om te zien, want in ons gebied is het meeste rundvee helemaal zwart of bruin.

Bij het plaatsje Cumberland, waar we net het Rutabaga Fest (een groente, waarvan ik zo gauw de Nederlandse naam niet weet) niet meemaken (oh, wat is dit “small town America, ik geniet!) gaan we pas echt de boondocks in. We rijden op 18 ½ street en 22 ½ street en Rick denkt al, dat de GPS van slag is. Maar nee, hoor, na veel links en rechts afslaan zitten we opeens weer op de 53, die ons naar het zuiden brengt.

Het landschap blijft mooi groen en glooiend met de typische rood geverfde schuren. Die laatsten zijn mijn favoriet. Ook al heb ik er al ontzettend veel gezien, ik blijf het leuk vinden, dat rood in het groene landschap. Het doet me ook op een vreemde manier aan mijn jeugd denken. Toen we kinderen waren lazen we Donald Ducks bij mijn grootouders en die schuren lijken precies op de schuur van Oma Duck. Een stukje nostalgie komt dus bij me los.

Nog steeds hebben we geen cadeautje voor Ricks vader gevonden en opeens zie ik een “Cheese Haus” langs de weg. Hier hebben ze vast de wereldberoemde Wisconsin kazen. En jawel, hoor, een hele wand vol met verschillende kazen. Ook mag ik een handje vol “curds” proberen, hoe die in het Nederlands heten weet ik ook al niet!

Wij kiezen drie wieltjes cheddar: sharp (geel), extra sharp (rood) en extra extra sharp (zwart). Zo toont het ook leuk als we het geven. Zouden de zwart-bont koeien (zo heten ze toch?) extra goede melk geven? Want die zie je hier het meest en in Nederland toch ook wel. Zomaar een gedachte, waarop iemand vast een antwoord heeft.

Om een uur of een rijden we het stadje Wisconsin Dells binnen. Vroeger heette het hier Kilbourn, maar toen de “Dells” (speciale rotsformaties) een populaire toeristenattractie werden (en dat was al zo’n honder jaar geleden het geval) is de naam veranderd.

We hebben honger en willen graag aan de rivier eten. We vinden al vrijwel meteen “Mexicali Rose”, een Mexicaans restaurantje met een gezellig terrasje aan het water. We zien een aantal boten vertrekken, maar in de brochure lezen we, dat die minimaal twee uur duren en daar hebben we geen tijd voor, tot onze spijt.


Het toeristische straatje in het centrum van Wisconsin Dells

Na een lekkere quesadilla met spinazie voor mij en een enchilada voor Rick gaan we op zoek naar een plekje, waar we de Dells zonder boot kunnen zien. Dit blijkt moeilijk, zo niet onmogelijk. We vinden wel een doodlopend weggetje, waar we eng op een klif balancerend een aantal foto’s maken van de zandstenen rotswanden, maar echt spectaculair is het niet.

Dan vinden we een parkeerplaats in het supertoeristische centrum van het stadje en lopen er even tussen alle ouderwetse portrettenshops en fudge winkeltjes rond. Bij de toeristeninformatie vragen we of er met de auto ook een plek te vinden is, waar je de Dells kunt aanschouwen. Het meisje kijkt ons niet begrijpend aan, ze is niet veel ouder dan Katja en is alleen getraind om boottochten aan te prijzen. Ze weet dan ook niet, of je er met de auto ook dichtbij kunt komen.

Ietsje verderop ontdekken we de Riverwalk, een pad vlak langs de rivier. Aan de overkant zien we een weg lopen vlak langs de rivier en we willen die wel eens uitproberen.


Dit soort rotsformaties geeft de "Dells" hun naam

We halen de auto weer op en gaan op ontdekkingsreis uit. Niet veel verderop zien we een bord “Wisconsin Dells Nature Area” en een parkeerplaats met een aantal auto’s erop. We zien ook een pad en besluiten dat eens te proberen, al begint de tijd te dringen. Op de GPS zien we, dat de rivier niet ver weg is.

Ongeveer halverwege komen we een paar wandelaars in de tegenovergestelde richting tegen. Op onze vraag hoe ver de rivier nog is, antwoorden ze een kwartier tot twintig minuten. Oef, dat betekent, dat we later zullen vertrekken, dan 15 uur, wat onze doeltijd was. Na enig overleg lopen we toch door, dan eten we maar wat op de boot, die Dells moeten gezien worden.

Tien minuten later (wij lopen duidelijk sneller, dan de meeste mensen) staan we op een roodachtig zand strandje. De kliffen van de Dells omringen ons en het is er prachtig. Het liefst had ik nog de alleenstaande “torens” willen zien, maar hier zullen we het mee moeten doen.

De terugweg gaat, zoals altijd, veel sneller en om kwart over drie zijn we terug bij de auto. De weg terug naar Milwaukee en de veerboot kan beginnen. Deze dagen met Rick zijn weer veel te snel voorbij!

Door wegomleggingen duurt het een hele tijd, voor we bij de terminal voor de veerboot zijn. We hebben nog net tijd om een sandwich als avondeten te kopen en dan is het al tijd om aan boord te gaan.

Dit keer laat ik mijn fototoestellen in de auto, denkend, dat er niet veel te zien zal zijn, en natuurlijk krijg ik daar enorme spijt van! De zonsondergang boven het Michigan Meer kan niet anders dan schitterend genoemd worden. Rick neemt met zijn mobieltje foto’s, maar zelfs dat lukt me niet goed. Hopelijk krijg ik morgen in Muskegon een herkansing.

Terwijl ik binnen typ en lees (het is me buiten te winderig en koud!) komt Rick met updates. Hij kan honderden, zo niet duizenden sterren zien en de Michigan kust (we zijn een half uur van onze bestemming). Ik kan alleen maar aan mijn bed, nog een uur van mij verwijderd, denken. Wat een drukke paar dagen en wat een indrukken hebben wij opgedaan! We kunnen er weer lang met genoegen op terug kijken.

0 reacties: